Naam: De Gulden Trip (voor 1564); De Vergulde Leeuw (na 1564)
Adres: Sint Annenstraat 12
Architect: stijl Hans Vredeman de Vries; H.Rappange
Bouwtijd: 1565; 1995
Opdracht: Frans Stoffelsz van Camp; Stadsherstel
In 1543 komt de familie Stoffels voor het eerst in de Amsterdamse archieven voor. Zij zijn dan de bewoners van het hoekpand Warmoesstraat/Sint Annenstraat. Frans Stoffelsz. was kousenmaker, later handelaar in zijden kousen. In 1565 is de familie Stoffels een belangrijke koopliedenfamilie. In 1564 koopt Frans Stoffelsz van Camp De Gulden Trip, Sint Annenstraat 12. Hij bezat op dat moment al Sint Annenstraat 10. Daarna heeft hij ze waarschijnlijk allebei gelijktijdig herbouwd, om daarna te verhuren. Mogelijk vormden Sint Annenstraat 10 en 12 een tweeling. In Sint Annenstraat 10 heeft een jaartalsteen 1565 gezeten. Uit onderzoek is gebleken dat dit pandje in 1565 is gebouwd, hetgeen het aannemelijk maakt dat ook Sint Annenstraat 12 in 1565 is gebouwd. In het midden van de 17de eeuw wordt Sint Annenstraat 12 De Vergulde Leeuw genoemd en vormt architectuur-historisch gezien een uiterst belangrijk woonhuis als het enige nog bestaande voorbeeld van een woonhuis met een rolornamentengevel in vroeg-renaissance, de stijl van Hans Vredeman de Vries, in Amsterdam.
Bij de opgravingen door stadsarcheoloog Jan Baart zijn fraaie vondsten gedaan, waaronder een renaissance-cherubijnskopje, een gebeeldhouwd Romeinse hoofd en vijf verschillende lagen plavuizenvloeren, de oudste van ongeveer 1380 daterende en 10,12 meter lang en 4,60 meter breed, waarmee dit het oudste stenen huis van Amsterdam is. Er waren meer verrassingen, tijdens de demontage van het huis werden op de oude vloerplanken en balken zestiende-eeuwse beschilderingen in vroege renaissancestijl aangetroffen: het oudste beschilderde plafond van Amsterdam. Ze verkeerden in een slechte staat; de planken waren of verrot of bedekt met een laag vuil en roet. In 1994 werden ze uit het pand verwijderd, waarna Rescura uit Den Haag de opdracht kreeg ze te restaureren. De beschilderingen bestaan uit slagwerk met sierlijke ranken en arabesken (bloemachtige voorstellingen). De kleuren waren geel en rood, de ranken zwart. Het geheel maakte een warme en beslist geen sober-calvinistische indruk. In het plafond van het herbouwde pandje Sint Annenstraat 12 werden tijdens de restauratie zes balkvakken vrijgehouden voor de herplaatsing van een deel van de oorspronkelijke vloerdelen. Begin 1997 werden de beschilderingen in deze vakken teruggeplaatst. Het zijn de originele houten delen; voor 90% is gebruik gemaakt van de oude planken. De schilderingen waren alleen aanwezig in de achterkamer, niet verwonderlijk, want dit was de ‘mooie kamer’ en tevens de ontvangstruimte.
Zoals al gezegd is Sint Annenstraat 12 het enige nog bestaande voorbeeld van een woonhuis met een rolornamenten-gevel in de vroeg-renaissance stijl van Hans Vredeman de Vries in Amsterdam. Vóór de herbouw door Stadsherstel was de topgevel nog slechts gedeeltelijk aanwezig. Het bovenste deel van de topgevel was versoberd met een klokvorm onder rollagen. Het zolderraam was naar beneden verlengd door een waterlijst heen. Bij de restauratie werd niet alleen het houtskelet hersteld ook de topgevel werd gereconstrueerd, waarbij de rolornamenten werden aangevuld, terwijl de gevel werd afgesloten door een klein fronton afkomstig van de werf van Monumentenzorg. Bij de herbouw van de gevel werden in de twee friezen de ornamenten weer aangebracht. In het fries onder het zolderraam was de vrouwenkop rechts nog aanwezig, de mannenkop links was tijdens de demontage spoorloos verdwenen. Geurt Brinkgreve heeft hiervoor een nieuwe mannenkop gehakt. Het fries boven de puibalk heeft eveneens een mannen- en vrouwenhoofd en in het midden een gerestaureerde gevelsteen met een voorstelling van de vergulde 'Klimmende Leeuw in Hollandse Tuin' welke symbool staat voor kracht, macht, moed en nobelheid. Deze drie stenen zijn replica's van de oorspronkelijke die rond 1900 naar het Rijksmuseum zijn overgebracht.
Eigenaren en/of bewoners
In 1539 is Marten Trip eigenaar, en misschien al eerder, van dit huis dat de naam ‘Gulden Trip’ ontleent aan zijn naam Marten Walichsz Trip. Marten is
de eerste man van Neel Dircx. Na zijn overlijden zal Neel hertrouwen met Claes Theeusz Lodder. Hij erft het huis van zijn vrouw en verkoopt het in 1564.
1564 wordt het huis door Frans Stoffelsz (of Frans van Camp) gekocht. Hij woont op de hoek met de Warmoesstraat en heeft het huis op nummer 10 ook al
in bezit voor de verhuur.
1565 is een zekere Jacob Jansz huurder. Het is niet duidelijk of dit voor of na de verbouwing is, maar de laatste optie lijkt logischer.
1586 Herman Goris, een aanzienlijk koopman, wordt de nieuwe huurder. Hij is in 1560 te Antwerpen geboren en was waarschijnlijk als vele anderen uitgeweken
naar Amsterdam. Hij trouwde in 1586 met Lijsbetgen Cornelisdr., dochter van Cornelis Marijns Welle. Uit dit en een volgend huwelijk worden 5 kinderen
geboren, Herman, Catelyne, Hendrik, Geertruyd en Salomon.
Op 10 september 1598 deed Jacob van Camp, een nazaat van Frans Stoffelsz, het huis in de Warmoesstraat van de hand. Bij deze verkoop waren ook twee huisjes
in de Sint Annenstraat inbegrepen, maar het is niet duidelijk of daar het huis op 12 bij is.
In 1620 koopt Herman Goris sr de huizen voor fl. 21.500,-.
1650 verkoopt Catharina Rombouts Jacquesdochter (1596-1661), weduwe van Dirck van Wisselt (-1648), het huis aan Herman Cruysman. Dirck van Wisselt (Wesselt
of Wissel) en Catharina Rombouts zijn de stamgrootouders (elfde generatie) van Claus-Georg Wilhelm Otto Friedrich Gerd von Amsberg, Prins der Nederlanden.
Huidige gebruiker van het pand is het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds (NMF), dat aan veelbelovende musici instrumenten van topklasse uitleent. De
instrumenten worden gefinancierd uit een speciaal daarvoor opgericht fonds.