Naam:
Adres: Churchill-laan 228-260
Architect: Gerrit Jan Rutgers
Bouwjaar: 1927-1929
Opdracht: bouwbedrijf Marcanpaul
Het bouwblok Churchill-laan 228-260, Sloestraat 1-15, Amstelkade 148-165, Scheldestraat 2-26 is gebouwd in Amsterdamse Schoolstijl in opdracht van bouwbedrijf Marcanpaul naar ontwerp van architect Gerrit Jan Rutgers. Bouwbedrijf Marcanpaul was genoemd naar de drie oudste kinderen, Marcus, Anne en Paulus, van eigenaar-directeur en bouwondernemer Jan Th.Boersma. Het bouwbedrijf Marcanpaul heeft diverse woningcomplexen in Zuid gebouwd.
244
Vanuit dit huis was de Colonne Henneicke van maart tot oktober 1943 werkzaam. Zij zorgden voor één van de meest trieste episodes in de vervolging
van de joden tijdens de oorlogsjaren. Deze groep van ruim vijftig Nederlandse mannen, onder leiding van de Amsterdammer Wim Henneicke, heeft naar schatting 8.500
joden opgepakt en uitgeleverd, waarvoor zij fl. 7,50 per jood kregen. De Colonne Henneicke is hiermee verantwoordelijk voor de moord op ongeveer 10% van alle
Nederlandse joden. De groep was vooral actief in Amsterdam, maar vervolgde hun slachtoffers desnoods door geheel Nederland. Om hun doel te bereiken bedreigden
zij informanten en onderduikgevers en pasten zij, als het zo uitkwam, fysiek geweld toe. In hun jacht op joden maakte de groep geen onderscheid tussen rijk of arm,
man of vrouw en zelfs de kleinste kinderen werden bij hun onderduikouders weggehaald.
Zo werd mevrouw Schoonderwoerd in Zuilen, toen ze weigerde de tweeënhalf jaar oude André af te staan, door één van de mannen van de Colonne
Henneicke toegesnauwd: 'Het is nu nog een jodenkind, maar een jodenkind wordt een jodenjong en later een jood.'
Het was deze jodenjagers vooral om de premies te doen, die de Duitsers betaalden uit de bij roofbank Lippmann-Rosenthal ondergebrachte tegoeden van de joden zelf. De
colonne was een onderdeel van de Hausraterfassungsstelle, dat onder toezicht stond van de Zentralstelle für Jüdische Auswanderung en tot doel had
gestolen joodse inboedels naar Duitsland af te voeren.
Nadat het merendeel van de joden was gedeporteerd werd de groep Henneicke in oktober 1943 ontbonden. Na de oorlog zijn vijfentwintig doodvonnissen tegen leden
van de groep uitgesproken, maar na cassatie werden er maar drie gehandhaafd. Deze drie waren toen al naar Duitsland gevlucht. Wim Henneicke zelf heeft de oorlog
niet overleefd. Hij werd op 8 december 1944 doodgeschoten door het verzet, nadat hij had getracht informatie over de Sicherheitsdienst door te spelen, om zich
zo te redden toen hij inzag dat de kansen in de oorlog aan het keren waren.