Naamsherkomst: De gracht is genoemd naar de zestiende eeuwse scheepsbouwmeester Cornelis Pietersz Boom die op de Lastage zijn werf had. Om zijn werf te verbinden met het omliggende water (Oude Schans en Geldersekade) liet hij een vaart en een dwarsvaart graven. Deze zijn naar hem als eigenaar genoemd. De vaart tussen Oude Schans en Geldersekade is recht en werd Recht(e) Boomssloot.
Naam: De Groote Ark
Adres: Recht Boomssloot 37
Architect: -, -
Bouwtijd: 1602, 1979
Opdracht: -, -
Pakhuis met tuitgevel. In 1979 gerestaureerd en omgebouwd tot appartementen.
Adres: Recht Boomssloot 39
Architect: Kok, Abel Antoon
Bouwtijd: 1939
Opdracht: -
Tot 1938 is dit een pakhuis waar de firma L.de Zwart en Zonen doet in 'Inkoop lompen en metalen speciaal alle soorten nieuwe ...'. In 1938 wordt het pand gesloopt en vervangen door een creatie van Abel Antoon Kok en opgetrokken in dunne handvormsteen. De nieuwbouw wordt afgewerkt met een herplaatste geveltop, afkomstig van Keizersgracht 314 hoek Berenstraat (gesloopt in 1935), een 17de-eeuwse halsgevel met siervazen. Deze vorm van hergebruik maakt het huis tot een zogenoemd 'Van Houten-pand'.
Adres: Recht Boomssloot 41
Architect: Roobol, Gustaaf Adolf
Bouwtijd: 1939
Opdracht: -
Tot ongeveer 1938 is hier de Oranje Nassauschool van de Nederlands Hervormde gemeente gevestigd. In 1938 wordt het pand vernieuwd, gelijktijdig met 39.
Het wordt in 1939 een zogenaamd 'Van Houten-pand', dat wil zeggen nieuwbouw met een herplaatste (on)volledige geveltop, aangevuld met delen van elders,
naar ontwerp van architect Gustaaf Adolf Roobol. Nu bestaat de halsgeveltop uit onderdelen uit tweede helft 17de en tweede kwart 18de eeuw.
Van Houten-panden zijn panden genoemd naar de bouwkundige E.van Houten, (hoofd)inspecteur bij het Gemeentelijke Bouw- en Woningtoezicht, die
vanaf de jaren twintig van de twintigste eeuw ijverde voor het behoud en de herplaatsing van historische geveltoppen van gesloopte Amsterdamse
woonhuizen.
In 1941 woonde op 3 hoog Esther Glasbeek-Pront. Zij was sinds 11 april 1931 werkzaam bij de textielfabriek Hollandia-Kattenburg in Amsterdam. Op
woensdag 11 november 1942, omstreeks half vijf 's middags, deed de Sicherheitspolizei onder leiding van Willy Lages een inval in de Hollandia-fabrieken.
Alle uitgangen werden afgezet en de joodse medewerkers van het bedrijf werden ‘s avonds weggevoerd.
1997 De garage en het huis op de eerste verdieping wordt gekocht en op de begane grond bewoond door de eigenaar, en oud-directeur van het
Groninger Museum, Frans Haks (1938-2006). De eerste verdieping wordt bewoond door zijn partner Johan W.M.Ambaum (-2018), voormalig conservator
van het Glasmuseum in Leerdam. Johan Ambaum heeft in 2016 het 'Ambaum Haks Fonds' opgericht bij het Rijksmuseum en aangewezen als enige erfgenaam.
Doel van het fonds is het verwerven en beheren van toegepaste kunst en nijverheid uit de 19e en 20e eeuw. Het appartement werd na zijn overlijden
in de verkoop gezet ten gunste van dit fonds. Dankzij de giften uit dit fonds, meer dan € 860.000,--, werd in 2018 liturgisch zilverwerk gekocht
en in 2017 twee stoelen die waren gemaakt voor het paleis van de latere koning Willem II.
Frans Haks laat in 2000 zijn deel van het huis inrichten door de Italiaanse architect en designer Alessandro Mendini. Het uitgesproken interieur
is ontstaan als vriendendienst van Mendini aan Haks. Mendini was door Haks eerder voorgedragen als hoofdarchitect van het nieuwe Groninger Museum,
dat in oktober 1994 werd opgeleverd. Ze deelden dezelfde uitgangspunten over kunst, design en architectuur, zoals het verheffen van kitsch tot kunst.
De 1e officiële ontwerptekeningen van Atelier Mendini voor Haks’ studio dateren van november 1997. De begane grond werd aan de achterzijde
uitgebreid met een verhoogde serre-aanbouw. Hier kwam de verbinding met de 1e verdieping, in de vorm van een eigentijdse interpretatie van een
keizerlijke dubbele trap en glazen loopbrug naar het voormalige balkon van de 1e verdieping. Het ontwerp is opgebouwd vanuit een centrale zichtas,
die vanaf de verscholen voordeur in de door Mendini ontworpen pui-invulling (een crèmekleurig cassettemotief dat in eerste instantie in roze en geel
zou worden uitgevoerd), via een hoge dubbele deur in de vestibule, door een poort bekleed met glasmozaïek leidt tot het meest bizarre element:
een bad dat verzonken ligt in de vloer van de verhoogde aanbouw. Haks zag het leven als theater. Hij wilde grote ontvangsten kunnen houden in zijn
studio en wilde leven naar het barokke begrip ‘Theatrum Mundi’: slapen, werken, wonen, badderen en ontspannen in dezelfde ruimte. Als een keizer
zou hij bepaalde gasten ontvangen in bad.